Tuinen van Venetië

Illustratie

Na menig Engels tuinbezoek ontdekte ik dat daar veel tuinonderdelen waren ontleend aan Italiaanse voorbeelden uit de Renaissance. Nadat ik bij toeval gestuit was op het boek Secret Gardens in Venice van Cristiana Moldi-Ravenna en Tudy Sammartini, wilde ik zien wat van die geheime tuinen was overgebleven. Inmiddels heb ik er enige bezocht. Daarbij stelde ik vast dat Venetiaanse tuinen anders en eigenzinniger zijn dan tuinen elders in Italië. In het begin werd het perceel beplant met groente, fruit en kruiden voor de noodzakelijke levensbehoefte.

Jacopo de Barbari,
Tuinen op Giudecca
detail houtsnede, ca. 1500

Het feit dat Venetië een stad met tuinen was is te zien op een houtsnede van Jacopo de Barbari uit ca. 1500, nu te bezichtigen in museum Correr.

Om geheime ontmoetingen en dergelijke mogelijk te maken werden tuinen aan de publieke aandacht onttrokken door middel van stenen muren, hekken of water. Het tuinontwerp was vrij traditioneel en was onderhevig aan mode, macht, luxe en rijkdom.


Illustratie

berceau uit
Hypnerotomachia Poliphili
Venetië 1499


Vanuit de portego kom je op een binnenhof geplaveid met tegels of steen met de bron in het midden, het symbool van leven. Aansluitend bevinden zich geometrische bloembedden naar voorbeeld van oriëntaalse vloerkleden zoals die sinds de 12e eeuw in gebruik waren. Vervolgens zet de tuin zich voort met een recht wandelpad overdekt met een pergola (met plat dak) of een berceau (met halfrond dak) voor de nodige schaduw dat uitkomt op een casino (tuinhuis). De tuinen dienden tevens voor festiviteiten, literaire ontmoetingen, bals en andere sociale gebeurtenissen.

Met de handel werden ook exotische planten meegenomen, zoals rozen, wingerd, jasmijn en granaatappel. Hiermee werden veel botanische tuinen in Venetië aangelegd. Het is dan ook vanuit Venetië dat die planten over Europa werden verspreid. Tussen 1600 en 1800 waren er meer botanische tuinen in Venetië dan in de rest van Italië.

Een gedeelte van een overgebleven botanische tuin ligt achter Hotel dei Dogi (adres Fondamenta della Madonna dell'Orto) van de botanicus Lorenzo Patarol. In de begintijd strekte deze tuin zich uit tot achter de Madonna dell'Orto, met wel 180 verschillende rozensoorten, tevens planten uit Zuid-Afrika en Indonesië. In het nu gerestaureerde overgebleven tuingedeelte staat aan de lagune een paviljoen dat wordt toegeschreven aan de bouwmeester Palladio.


Illustratie

gewone, bijzondere, gecultiveerde en wilde rozen

In Venetiaanse tuinen groeien, bloeien en geuren veel gewone, bijzondere, gecultiveerde en wilde rozen. Verwonderlijk, maar het klimaat met de zeewind schijnt ideaal te zijn. De roos is een allegorie van liefde. Zij is een symbool voor de vrouw in het algemeen en de Madonna in het bijzonder. Donna dalla Rose, de vijfbladige roos wordt veel gebruikt als ornament.


Met het aanbreken van de Romantiek (19e eeuw) veranderen de rechte paadjes in kronkelpaadjes. Dit is dan een Engelse vinding: de landschapstuinen. Palazzo Gradenigo (adres Rio di Marin) was daarvan een voorbeeld. Deze tuin strekte zich in de 16e eeuw, samen met die van het Palazzo Soranzo, uit tot aan het Canal Grande. Er was een boomgaard en een stal met 30 paarden voor rijtoertjes langs de slingerende paadjes. Later zijn deze tuinen opgedeeld en zijn er op een gedeelte van dit grondgebied afschuwelijke flats gebouwd voor de arbeiders aan de spoorweg in 1920/1921.


Achter het Palazzo Soranzo bevindt zich een tuin die is gerestaureerd naar Venetiaanse traditie. Een recht, centraal wandelpad geflankeerd door bomen, o.a. Chinese moerbei met onderbeplanting in Italiaanse stijl. Dit pad komt uit bij een loggia die gebruikt werd voor privé toneelopvoeringen. Deze tuin roept associaties op met de literatuur, o.a. met D'Annunzio's novelle Il Fuoco.


Door de komst van Napoleon verdwijnen de kloostertuinen en door bebouwing vele andere tuinen. Maar gelukkig komt de laatste tijd met de overgebleven tuinen een kentering en wordt hier en daar weer gerestaureerd.

De tuin die zich nu bevindt bij de Fortuny fabriek (adres Frondamenta San Biagio, Giudecca), is een overblijfsel van een veel grotere kloostertuin. Eerstgenoemde tuin kwam in bezit van de familie Gozzi als gevolg van de Napoleontische overheersing. Ook deze tuin is weer in ere hersteld. Daarin staat de mooiste berceau (loofgang) van Venetië. De rest van de kloostertuin werd ingenomen door industriële bedrijven.

Illustratie

Als laatste bezocht ik de decoratieve en antieke tuin van Anna Barnabo (adres Campo San Samuele). Die is ingericht naar de Venetiaanse Renaissance en kreeg pas vorm in 1930.

Vanuit de portego kom je op een binnenhof. Deze is een verborgen juweeltje met een smeedijzeren hek versierd met arabesken en in een nis een fontein met een Neptunusbeeld.


Campo San Samuele:
renaissance
vera da pozo van de families Cappello en Malipiero

De tuin gaat verder over paden uitkomend bij een prieel en een balustrade met uitzicht over het Canal Grande. Deze zijn overgroeid moet rozen. Ook in deze tuin zijn het de prachtigste rozen die overheersen.

In het midden van de tuin staat een renaissance putrand met aan de ene zijde een uitgehouwen afbeelding van een jonge vrouw van de familie Cappello en aan de andere zijde haar echtgenoot, een nazaat van de familie Malipiero. Hij dient nu als tuinvaas.


Tekst en foto's: Nan Oelering - Van der Laan